Pulmonale Hypertensie. Dit deel heeft als doel inzicht te verwerven in de screening/diagnostiek en behandeling van patiënten met PH. De AIOS leert een uitgebreide anamnese te voeren, gericht lichamelijk onderzoek te doen en relevant aanvullend onderzoek aan te vragen resulterend in het opstellen van een adequate differentiaal diagnose. Hij/zij neemt kennis van de verschillende diagnostische mogelijkheden (beeldvorming, hartkatheterisatie enz.) en de verschillende behandelingsmogelijkheden van het het onderliggend ziektebeeld. De AIOS woont een aantal echocardiografieën en rechterhartkatheterisaties bij en verkrijgt inzicht hoe de data worden gegenereerd. De AIOS leert welke diagnostische tests verder geïndiceerd zijn en de AIOS leert deze te interpreteren. De AIOS neemt deel aan de wekelijkse multidisciplinaire PH bespreking (MDO) op woensdag. De AIOS leert de patiënten die hij/zij zelf heeft gezien voor te bereiden en te presenteren op het MDO. De AIOS leert het onderscheid tussen operabele en niet-operabele CTEPH patiënten en leert deze voor te bereiden en te presenteren op het maandelijkse CTEPH MDO. De AIOS is zo mogelijk direct betrokken bij een pulmonalis endarteriectomie (PEA). Indien er sprake is van PH bij ILD, woont de AIOS ook de wekelijkse ILD bespreking bij.De AIOS leert poliklinisch patiënten te zien en te begeleiden. De AIOS leert de aanvullende waarde van de PH-verpleegkundigen in de zorg voor PH-patiënten.De AIOS leert de klinische PH-patiënten voor te bereiden en te presenteren tijdens de wekelijkse Grote Visite op de afdeling. De AIOS leert de klinische PH patiënten te begeleiden en te behandelen en leert klinische consulten over PH te verrichten en te bespreken met de supervisor. De AIOS leert de second opinions voor te bereiden, te beoordelen en te bespreken met de supervisor.De AIOS woont de wetenschappelijke voortgangsbesprekingen bij. De AIOS neemt deel aan de vergadering van de landelijke Sectie Pulmonale Hypertensie van de NVALT. Deze vindt 6x per jaar plaats. Indien mogelijk neemt de AIOS deel aan regionale en landelijke cursussen op het gebied van PH.De AIOS leert samenwerken met verschillende disciplines (thoraxchirurgie, cardiologie, radiologie, verpleegkundig specialisten).Thema m. Rendu-Osler-Weber. Dit deel heeft als doel inzicht te verwerven in de screening, diagnostiek en behandeling van patiënten met ROW. De AIOS leert een uitgebreide anamnese te voeren, gericht lichamelijk onderzoek te doen en relevant aanvullend onderzoek aan te vragen resulterend in het opstellen van een adequate differentiaal diagnose. De AIOS leert hoe de diagnose ROW te stellen, welke verschillende diagnostische mogelijkheden er zijn en het interpreteren hiervan en welke verschillende behandelingsmogelijkheden er zijn. De AIOS woont een aantal transthoracale contrast echocardiografieën, pulmonalis angiografieën en bronchialis angiografieën bij. De AIOS leert de verschillende manieren van shuntdetectie en hoe deze te interpreteren. De AIOS leert hoe casuïstiek voor te bereiden en te presenteren op de wekelijkse Pulmonale Vaatbespreking op donderdag. De AIOS leert in de ROW-polikliniek hoe aan de hand van de anamnese en het lichamelijk onderzoek in combinatie met aanvullende diagnostische tests de diagnose van ROW gesteld kan worden. De AIOS leert de genetica van ROW en leert patiënten en familie adviezen te geven. De AIOS leert de toegevoegde waarde van de ROW verpleegkundigen.De AIOS leert de klinische ROW-patiënten voor te bereiden en te presenteren tijdens de Grote Visite op de afdeling. De AIOS leert ROW patiënten te begeleiden en na overleg de resultaten van onderzoek of behandeling met de patiënt te bespreken.De AIOS leert de second opinions voor te bereiden, te beoordelen en te bespreken met de supervisor.De AIOS woont de maandelijkse wetenschappelijke voortgangsbespreking bij. De AIOS woont het ROW onderwijs bij.
Geschatte fase niveau 3-4 na succesvolle afronding verdiepingsstage. Kennis te hebben genomen van de nationale en internationale richtlijnen op het gebied van PH en ROW en van overige relevante literatuur. Anamnese, lichamelijk onderzoek en relevant aanvullend onderzoek te kunnen beoordelen, waaronder laboratoriumdiagnostiek, longfunctieonderzoek inclusief inspanningsonderzoek, (HR)CT, perfusiescan, echocardiografie en de rechterhartkatheterisatie bij PH patienten,. Anamnese, lichamelijk onderzoek en relevant aanvullend onderzoek te kunnen beoordelen, waaronder laboratorium- en DNA diagnostiek, echocardiografie met contrast en CT thorax. In te kunnen schatten wanneer voor de behandeling noodzakelijke ‘aanpalende’ specialismen zoals de cardioloog, immunoloog, MDL arts, KNO arts of reumatoloog in consult gevraagd moeten worden. In staat te zijn tot het opstellen van een adequaat behandelvoorstel. Kennis te hebben van werking en bijwerkingen van de middelen die gebruikt worden voor de behandeling van PH, zoals de PDE-5 remmers, endothelinereceptor antagonisten en prostacycline-analogen. De patiëntgegevens adequaat vast te kunnen leggen in het medisch dossier. Professioneel te kunnen communiceren met PH en ROW patiënten en familie en diagnose en behandelplan adequaat te kunnen toelichten