Het MUMC is 3e lijns centrum voor perinatologie (NICU en OHC), inclusief een afdeling prenatale diagnostiek en therapie (PNDT). De lokatie maakt dat het MUMC een mix heeft van 2e en 3e lijns verloskundige zorg. Er is een optimale transmurale samenwerking, en in de diff-stage is een detachering van twee weken naar de eerste lijn opgenomen.
Het doel van de stage is om zelfstandige verloskundige zorg op tweede lijns niveau te kunnen geven waarbij de superviserende rol wordt uitgediept en een verdieping in de derde lijns zorg.
Communicatie: communiceert effectief met verwijzers, medebehandelaars en derdelijns centrum. Geeft patiënten juiste informatie over prenatale screening en prenatale diagnostiek. Voert adequaat gesprekken mbt de consequenties van echoscopische bevindingen en counseling tav een zwangerschapsafbreking. Kan effectief risico’s bespreken voorafgaand en tijdens de zwangerschap. Voert adequaat een slecht nieuws gesprek. Biedt beschikbare folders en brochures van de beroepsvereniging aan.
Samenwerking:
Patiëntenzorg: Neemt de rol van casemanager op zich. Hanteert zoveel mogelijk landelijke of lokale protocollen en adviseert over aanpassing hiervan obv evidence based medicine. Overlegt voor complexere diagnostische of beleidsmatige casus effectief met een derdelijns centrum. Participeert in lokale en regionale besprekingen: audit, PA bespreking, neonatologie, hoog risico zwangerschap.
Onderwijs: neemt nadrukkelijk de rol op van supervisor en leest zich in in de basis van effectief onderwijzen: evenwicht zoeken naar vrijlaten zonder loslaten
Maatschappelijk handelen; kan omgaan met zorg rondom psychosociaal hoog risico situaties (waarin twijfel bestaat over het adequaat kunnen omgaan met pasgeborene) inclusief het effectief inzetten van transmurale zorgmogelijkheden (psycholoog, maatschappelijk werk etc.).
Professionaliteit: kan omgaan met patiënten met een afwijkende bevinding bij echoscopisch onderzoek. Gaat adequaat om met verdriet, angst, onzekerheid van patiënten of hun partner (professioneel gedrag). Reflecteert op eigen handelen en beleving. Erkent grenzen en (locatiegebonden) beperking van behandelmogelijkheden.
Wetenschap: is in staat wetenschappelijke literatuur naar waarde in te schatten en patiënten op een begrijpelijke manier evidence-based voor te lichten om zo uiteindelijk gezamenlijk tot een besluit te komen. Is bekend met de evidence-based richtlijnen binnen de obstetrie. Bij voorkeur wordt een deel van de stage-tijd gebruikt voor een actieve bijdrage aan een doelmatigheidsproject: bijvoorbeeld het regionaal aanpassen van een protocol.
Basis aandachtsgebieden
- Aandachtsveld prenatale diagnostiek (PND):
- Voorbereiden en voorzitten PND bespreking
- Voorbereiden of begeleiden PA bespreking en brieven
- Spreekuur nacontrole afbrekingen/IUVD voor uitslagen en bespreken consequenties nav PA bespreking (afbouwende supervisie)
- Spreekuur PND echo
- Aandachtsveld maternaal:
- Organisatie perinatologie bespreking
- Spreekuur preconceptie
- Spreekuur echo IUGR
- Aandachtsveld wetenschap:
- Wetenschap
- Vaste dag(en) supervisie
- In overleg met PND en maternale aandachtsvelder poli/echo
- Deelname aan “overige” opties
- Resterende meer algemene taken:
- Supervisie afdeling en verloskamers en obstrische high care
- Eigen verloskunde poli
- Overige opties (akkoord door andere specialisaties):
- Neonatologie
- Klinische genetica
- Anesthesie
- Eerste lijn
- Wetenschap
- Supervisie/deelname dagcentrum
Eindtermen
- Alle differentiatie assistenten
- Niveau 5 (supervisie) spontane baring, vacuum, hechten gecompliceerde ruptuur/episiotomie
- Niveau 4 (streven 5): sectio
- Niveau 4-5 uitgebreide dopplers (aa cerebri media, Vmax meting, aa uterina doppler)
- Niveau 3 (streven 4): MPV, tweeling, totaalruptuur
- Aandachtsveld PND
- De differentiatie assistent heeft aan het einde van de stage een globaal beeld van de meest voorkomende congenitale afwijkingen en is in staat tot counseling en beleidsbepaling (niveau 3-4)
- In overleg SEO certificaat
- Aandachtsveld maternaal:
- Begeleiding zwangerschappen (niveau 3-4)
- Dreigende geboorte < 32 weken of preconceptionele advisering dienaangaande
- Maternale ziekte (SLE, nierziekte, cardiale aandoening etc) of preconceptionele advisering dienaangaande
- Vroege en/of ernstige preeclampsie of preconceptionele advisering dienaangaande
- Counseling extreme vroeggeboorte (24-26 weken)
- Aandachtsveld wetenschap:
- Progressie op wetenschap aantoonbaar, beoordeling door eigen wetenschappelijke begeleider.